Nieuws juli 2015
Verandering in de regels voor partneralimentatie
Er is een initiatiefwetsvoorstel van de Tweede Kamer waarin onder andere wordt voorgesteld de duur en de berekeningsmethode van de alimentatie te wijzigen. Ook wordt voorgesteld dat partners de mogelijkheid krijgen om bij huwelijkse voorwaarden afspraken te maken over partneralimentatie.
Verandering in de regels voor partneralimentatie
Er is een initiatiefwetsvoorstel van de Tweede Kamer waarin onder andere wordt voorgesteld de duur en de berekeningsmethode van de alimentatie te wijzigen. Ook wordt voorgesteld dat partners de mogelijkheid krijgen om bij huwelijkse voorwaarden afspraken te maken over partneralimentatie.
Wat betekent dit voor u?
Voor de alimentatieverplichtingen die al lopen op het moment dat de nieuwe wetgeving in werking treedt, blijft de huidige wetgeving van toepassing.
Voor alimentatieverplichtingen die gaan lopen nadat de nieuwe wetgeving in werking is getreden, biedt het voorstel mogelijkheden om daarvan af te wijken door voor of tijdens het huwelijk afspraken te maken over de partneralimentatie. Dit biedt oplossingen als de voorgestelde wettelijke regeling niet gewenst is.
Als het initiatiefwetsvoorstel doorgang vindt, vormt dit een nieuw onderdeel bij de inrichting van de huwelijkse voorwaarden. Een goede advisering hierbij is voor u van groot belang.
Wat houdt de voorgestelde wettelijke regeling in?
Kortere alimentatieduur: Als een huwelijk minder dan drie jaar heeft geduurd, bestaat er geen recht meer op alimentatie. Voor huwelijken langer dan drie jaar is alimentatie verschuldigd voor een periode die gelijk is aan de helft van de duur van het huwelijk met een maximum van vijf jaar. De alimentatieduur kan hiervan afwijken als de gezamenlijke kinderen jonger zijn dan twaalf jaar of wanneer de alimentatieplichtige de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt.
Hoogte alimentatie: Voor de vaststelling van de hoogte van de alimentatie vormen de mogelijkheden om terug te keren op de arbeidsmarkt het uitgangspunt. Niet langer staat de behoefte van de voormalige echtgenoten voorop, maar vooral de (potentiële) draagkracht. De alimentatie vormt in het initiatiefwetsvoorstel daarmee slechts een compensatie voor de achterstand op de arbeidsmarkt die is ontstaan doordat één van de partners geen of minder tijd aan zijn of haar carrière heeft kunnen besteden. De initiatiefnemers proberen hiermee de voormalige partners te prikkelen om financieel weer op eigen benen te staan na de beëindiging van het huwelijk.
Contractsvrijheid
Naast de hiervoor omschreven wettelijke regeling wordt met het initiatiefwetsvoorstel de mogelijkheid voor (aanstaande)echtgenoten in het leven geroepen om al voor of tijdens het huwelijk andere afspraken te maken over verschuldigde alimentatie bij een eventuele beëindiging van het huwelijk en hiermee af te wijken van de wettelijke regeling. Zo kunnen zij een kortere of langere alimentatieduur afspreken of de omvang van de alimentatie naar boven of beneden bijstellen.
Handreiking tijdelijke pensioenknip 2015 bekendgemaakt
De Belastingdienst heeft de Handreiking tijdelijke pensioenknip 2015 gepubliceerd. De pensioenknip maakt het mogelijk om bij premie- en kapitaalovereenkomsten de pensioenuitkering op de ingangsdatum te splitsen in een direct ingaande tijdelijke uitkering en een daarop aansluitende levenslange uitkering. De Tweede Kamer wilde zo'n pensioenknip in afwachting van de inwerkingtreding van de Wet variabele pensioenuitkering (Kamerstuk 32043), waarvan het wetsvoorstel nu in voorbereiding is.
Deze wet biedt werknemers de keuze om het in een premie- of kapitaalovereenkomst opgebouwde pensioen na de pensioendatum te laten meebewegen met het beleggingsresultaat. De pensioenknip is bedoeld voor werknemers die vlak voor hun pensioendatum zitten en er door de lage rentestand behoefte aan hebben om de inkoop van een deel van de pensioenuitkering naar de toekomst te verschuiven. Ook Directeuren/groot aandeelhouders die voor de Pensioenwet geen werknemer zijn, kunnen gebruikmaken van de pensioenknip.
Een pensioenknip is alleen mogelijk binnen de grenzen van de Wet op de loonbelasting en onder de voorwaarden die de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid onlangs heeft vastgesteld door de Regeling Pensioenwet en Wet verplichte beroepspensioenregeling te wijzigen. Deze voorwaarden zijn onder meer dat de ingangsdatum van de direct ingaande tijdelijke pensioenuitkering vóór 1 januari 2017 ligt, de uitkering maximaal twee jaar duurt en de hoogte van de uitkering wordt vastgesteld op de hoogte die een levenslange uitkering op de pensioendatum zou hebben. De voorwaarden zijn ook opgenomen in de Handreiking van de Belastingdienst.
Indien u vragen heeft over dit onderwerp of andere onderwerpen neemt u dan vrijblijvend contact met ons op.